Vastleggen stikstof in de Omgevingswet

Op 15 februari is de wijziging van de Omgevingswet ter inzage gelegd voor twee belangrijke zaken. Het gaat om het veranderen van de doelstellingen voor stikstofreductie en om het herinvoeren van de vergunningplicht voor intern salderen voor wat betreft natuurbescherming.

In deze wijziging worden dus twee verschillende zaken uit recente beleidsbrieven van het kabinet omgezet naar concrete wetgeving.

Manier van invoeren
Men heeft er voor gekozen om de reeds opgestelde Omgevingswet te gebruiken als invoeringswet. Zoals u wellicht al heeft meegekregen is de invoering van de Omgevingswet meerdere keren uitgesteld. Op dit moment staat de datum van inwerkingtreding op 1 januari 2024. Ervan uitgaande dat deze datum wel blijft staan, zal dit dan ook het moment zijn dat deze wijziging in werking zal treden. Omdat de wet zelf reeds vastgesteld is, is ervoor gekozen om de wijziging weliswaar ter inzage te leggen, maar hier geen rechtsmiddelen (zoals beroep bij de rechter) voor open te stellen. Zoals het er staat: ‘Tegen een omgevingswaarde staat als zodanig geen bestuursrechtelijk rechtsmiddel open en ook tegen een wet, i.c. de Omgevingswet, waarin deze omgevingswaarde wordt opgenomen, kunnen geen (bestuursrechtelijke) rechtsmiddelen worden aangewend.’

Wat wordt er gewijzigd?
Concreet worden er twee dingen gewijzigd:

  1. De doelstellingen zoals het kabinet al heeft gecommuniceerd worden verhoogd van 50% naar 74% van het stikstofgevoelige areaal moet een gunstige staat hebben (lees: moet de Kritische Depositie Waarde (KDW) worden gehaald), en het tijdspad wordt ingekort van 2035 naar 2030.
  2. Intern salderen* onder de Wet natuurbescherming moet weer vergunningplichtig worden. Hierdoor kunnen er lagere stikstofplafonds worden vastgelegd én kan maximale rechtszekerheid worden geboden voor alle ondernemers.

*Intern salderen is het binnen de stikstofeffecten blijven van wat reeds vergund is. Dat betekent dus dat uw uitbreiding of wijziging geen extra stikstofbelasting in Natura 2000-gebieden mag veroorzaken. Door de uitspraak Logtsebaan van 20 januari 2021 is intern salderen sindsdien niet meer vergunningplichtig.

Punt 1:
De doelstelling met 50% verhogen én het tijdspad inkorten, daar zijn wij het natuurlijk totaal niet mee eens. Wij hebben ons geluid hierover ook al stevig laten horen. Echter, nu staan er ook geen rechtsmiddelen open om tegen deze wijziging in te gaan. Dat is wel kwalijk. Wij zullen dit uiteraard ook via deze consultatie onder aandacht brengen bij de overheid.

Punt 2:
Wat betreft de vergunningplicht bij intern salderen speelt er ook nog wel iets meer dan simpelweg voor vrijwel alle wijzigingen weer een vergunning moeten aanvragen bij de provincie. Door intern salderen vergunningplichtig te maken, kunnen de provincies ook weer beleid maken voor latente ruimte. Onder latente ruimte wordt in ieder geval verstaan niet opgerichte dierenverblijven waarvoor een nieuwe omgevingsvergunning of natuurvergunning nodig zou zijn. De discussie over wat nu precies wel en niet valt onder latente ruimte loopt natuurlijk al langer, maar de memorie van toelichting bij deze wetswijziging neemt vast een voorschot op nog op te stellen wetgeving. Het kabinet lijkt in ieder geval voor te sorteren op het volgende:

  1. Geheel of gedeeltelijk niet gerealiseerde stikstofruimte moet komen te vervallen. Stikstofruimte uit deze stallen/staldelen etc, kan niet opnieuw worden benut in een nieuwe aanvraag.
  2. Wanneer er bijvoorbeeld door toepassen van een luchtwasser stikstofruimte ontstaat, maar deze (vrijwillig) niet volledig opnieuw wordt benut, wordt er een nieuwe lagere vergunning afgegeven. Zodoende daalt het plafond.
  3. Ook wanneer het toepassen van een emissiearm stalsysteem verplicht zou worden (bijvoorbeeld zoals in Brabant is gebeurd), dan mag de vrijgekomen stikstofruimte niet zonder meer worden gebruikt om bijvoorbeeld meer dieren te houden of een andere (neven)activiteit toe te voegen. Deze stikstofruimte zal dan ten goede aan de natuur moeten komen (indien nodig).
  4. Wanneer een vergunning in zijn geheel niet meer wordt uitgevoerd, bijvoorbeeld doordat de stallen nu voor opslag worden gebruikt, dan moet de vergunning kunnen worden ingetrokken.

Met name punt 1, 3 en 4 kunnen grote invloed hebben. Ervan uitgaande dat bij de situatie onder punt 2 ervoor wordt gekozen om niet alle stikstof opnieuw te benutten uiteraard. Omdat met deze wetswijzigingen voorgaande NIET ter discussie staat, hier moeten namelijk nog aanpassingen van wet en regelgeving voor komen, kunnen we ook hier in deze fase niet tegen in beroep gaan. Uiteraard zullen wij hier wel op reageren en onze mening helder overbrengen aan het kabinet.


Hoe nu verder?
Bovenstaande maakt eens te meer duidelijk dat het zaak is goed op uw ‘winkel’ te letten! Zorg ervoor dat er zo min mogelijk latente ruimte ontstaat. Mocht u twijfelen of u latente ruimte heeft: bel alstublieft uw adviseur, dan kijken we met u mee. Nogmaals, het is nog geen wetgeving, maar de beleidslijn is heel duidelijk, men wil dat u minder stikstof uit kunt/mag stoten. Houdt hier rekening mee.

Contact

Meer nieuws